God is liefde, maar God haat de allesvernietigende zonde. De mens, die alleen maar om zijn eigen ik draait en verslaafd is aan de vervulling van zijn lusten en verlangens ten koste van anderen. God wil ons hiervan bevrijden en dat kan alleen als ons middelpunt gevuld wordt met God zelf. Met Zijn liefde en vrede.
Micha leefde in de tijd van koning Jotham, Achaz en Hizkia. Hij was tijdgenoot van Jesaja en Hosea. Hij waarschuwt Juda om de afgoderij van Israël niet na te volgen. Hij wil dat ze stoppen met afgoderij, waarbij zelfs tempelprostitutie plaatsvindt en kinderen worden geofferd om het goede af te dwingen, van een god die niet eens bestaat. God waarschuwt dat ze moeten stoppen met het onderdrukken en afpersen van de weduwe en de wezen. De leiders en priesters nemen steekpenningen aan en maken krom wat recht is. Niemand was meer te vertrouwen. Het land is door en door rot en het oordeel staat voor de deur. Babel zal het volk in ballingschap wegvoeren.
"Sta op! Wegwezen! Dit is niet langer uw land, want u hebt het met uw zonden gevuld en daarom zal het u uitbraken, u op een vreselijke wijze omkomen." (Micha 2:10) Maar twee verzen verder geeft God ook hoop. "Voorzeker zal Ik u, o Jakob, in uw geheel bijeenbrengen, voorzeker vergaderen het overblijfsel van Israël. Ik zal hen bijeenbrengen als schapen in een kooi, als een kudde in het midden der weide. Het zal er gonzen van mensen. "
Het volk zal weer worden bevrijd en de Here zal het volk van alle vijanden verlossen. Micha spreekt over de komende Messias, die de wereld in recht en gerechtigheid regeren zal en er zal werkelijke vrede zijn. In Micha wordt zijn komst voorspeld.
"Bethlehem in Efrata, u bent een van de kleinste steden in Juda, maar toch zult u de geboorteplaats zijn van onze koning van wie de oorsprong in lang vervlogen tijden ligt. God zal zijn volk prijsgeven aan hun vijanden, maar alleen totdat zij die zwanger is een kind ter wereld heeft gebracht. Dan zullen de overgebleven ballingen van Juda met hun broeders uit Israël terugkeren naar hun eigen land. Hij zal zijn kudde weiden in de kracht van de Here, in de majesteit van de Here, zijn God. Zijn volk zal daar rustig wonen, want Hij zal heersen over de hele wereld."
"Mijn vijandin zal dat zien. Schaamte zal haar bedekken die tegen mij zei: "Waar is de Here, uw God?" (Micha 7:10)
Dit werd ook tegen Jezus gezegd toen hij aan het kruis hing. "Anderen heeft Hij gered, Zichzelf kan Hij niet redden. Hij heeft zijn vertrouwen op God gesteld; laat die Hem nu verlossen, indien Hij een welgevallen in Hem heeft; want Hij heeft gezegd: Ik ben Gods Zoon". Jezus heeft de spot verdragen en gebeden voor Zijn vijanden. Hij heeft onze zonden gedragen. We konden nooit in eigen kracht rechtvaardig zijn. Maar doordat we in Christus Zijn rechtvaardigheid ontvangen worden we van binnenuit veranderd naar Zijn beeld en worden we werkelijk vrij. Jezus heeft de straf gedragen.
"Wie is een God als U, Die de ongerechtigheid vergeeft, Die voorbijgaat aan de overtreding van het overblijfsel van Zijn eigendom? Hij zal niet voor eeuwig vasthouden aan Zijn toorn, want Hij vindt vreugde in goedertierenheid. Hij zal Zich weer over ons ontfermen, Hij zal onze ongerechtigheden vertrappen, ja, U zult al hun zonden werpen in de diepten van de zee. U zult Jakob de trouw bewijzen
en Abraham de goedertierenheid, die U aan onze vaderen gezworen hebt vanaf de dagen van weleer."
Geen opmerkingen:
Een reactie posten